Als primair onderwijs je tijdelijk niet past, want het is je maat even niet

De VVD vindt het belangrijk dat elk kind in Amersfoort de kans heeft op goed primair onderwijs. Onderwijs is de basis om later onafhankelijk en zelfstandig te zijn. De meeste kinderen vinden hun draai wel in het reguliere primaire onderwijs, al dan niet met wat extra hulp vanuit de zorgplicht van school. Voor kinderen die meer uitdagingen hebben is er het passend onderwijs. Daarnaast is er in onze stad ondersteuning geregeld voor kinderen in de basisschoolleeftijd die de taal nog niet voldoende machtig zijn of meertalig worden opgevoed. Alles om te zorgen dat je als kind van 4-12 jaar een doorlopende ontwikkeling in het basisonderwijs door kunt maken

Maar er zitten in Amersfoort ook kinderen in de PO leeftijd thuis. Een deel daarvan zit thuis omdat zij het schoolsysteem tijdelijk even niet bij kunnen houden, door angst of andere reden. Dus niet omdat ze niet kunnen of willen leren, want voordat ze thuis kwamen te zitten draaiden ze prima mee in het systeem, maar ergens liep het dus spaak. De VVD heeft de afgelopen tijd ouders gesproken die hun zorgen openhartig (en vertrouwelijk) met ons deelden. Kortgeleden heeft een Amersfoortse moeder openhartig en openbaar haar verhaal gedeeld op social media, we delen deze link in deze toelichting omdat haar verhaal heel beeldend is.

De VVD wil graag meer weten over thuiszitters in de PO leeftijd in het algemeen en in deze set schriftelijke vragen tevens specifiek over de kinderen zoals hierboven genoemd. Ook willen wij weten wat het college doet voor deze kinderen. Want wij vinden dat in Amersfoort elk kind recht heeft op basisonderwijs en, indien nodig, de juiste ondersteuning daarbij krijgt zodat kinderen de doorlopende ontwikkeling niet of zo kort mogelijk hoeven onderbreken. Daarom stellen wij de volgende vragen aan het college: 

Thuiszitters in de PO leeftijd - algemeen

1. Bent u het met de VVD eens dat elke thuiszitter in de PO leeftijd er één teveel is en dat elk Amersfoorts kind in die leeftijd dat thuis zit recht heeft op ondersteuning om te komen tot een (tijdelijk vervangende) vorm van basisonderwijs? Zo ja,waarom en zo nee, waarom niet?

2. Hoeveel thuiszitters in de PO leeftijd kent Amersfoort? Graag ontvangen wij de meest actuele aantallen, afgezet tegen aantallen uit eerdere jaren. Kunt u de aantallen zo gedetailleerd mogelijk specificeren naar achterliggende redenen? Zo nee, waarom niet?

3. Bent u er zeker van dat u voor elke achterliggende reden van thuiszitten (zie vraag 2) een passende oplossing kunt bieden? Zo nee, voor welke kinderen is er geen oplossing? Hoe lang zijn de wachtlijsten (per reden van thuiszitten) waar u wel een passende oplossing voor kunt bieden?

Thuiszitters in de PO leeftijd - specifieke groep uit de toelichting

4. Herkent u de specifieke thuiszitters die de VVD in de toelichting omschrijft? Kinderen in de PO leeftijd die voorheen prima mee konden komen in het schoolsysteem en dit om een reden tijdelijk niet kunnen. En kunt u aangeven om hoeveel kinderen dit op dit moment in Amersfoort gaat (afgezet tegen aantallen uit eerdere jaren)? Zo nee, waarom niet?

5. Bent u het met de VVD eens dat het belangrijk is om deze kinderen zo snel als mogelijk de juiste ondersteuning te bieden om te voorkomen dat een tijdelijk probleem onnodig een langdurig probleem wordt? Zo nee, waarom niet?

6. Beleid, financiën en voorzieningen.

             a)       Welk beleid voert u ten aanzien van deze specifieke groep?

             b)      Hoe zorgt u dat deze groep tijdig in beeld is?

             c)       Hoeveel budget is er voor ondersteuning aan deze groep (nu en afgezet tegen eerdere jaren)?

             d)      Welke voorzieningen (specifieke organisaties en trajecten) zijn er voor deze groep?

             e)      Hoe lang zijn de wachtlijsten per voorziening?

             f)        Wat kunt u vertellen over het effect van deze voorzieningen? Kunt u bijvoorbeeld aangeven hoeveel kinderen hiermee de afgelopen jaren geholpen zijn en nu weer mee kunnen draaien in het onderwijs en           hoeveel kinderen nog (steeds) niet?